Terug

Dokter en monseigneur De Raeymaeker uit Sint-Pieters-Rode.

Bij het betreden van het kerkhof van Sint-Pieters-Rode valt onmiddellijk tegen de kerkmuur de grafkelder op van het echtpaar De Raeymaecker-Jacobs. Zoals we in een vorig artikel aanhaalden was Odilia de dochter van Louis Jacobs en Octavia Pauwels van het Hooghuis in Nieuwrode. Ze huwde in de plaatselijke Sint-Lambertuskerk met Bernardus De Raeymaecker. Het huwelijk werd ingezegend door E.H. Sylvain Jacobs, op dat ogenblik onderpastoor in Weelde en nonkel van de bruid.

Bernard werd geboren in Leuven op 27 december 1867. Na zijn middelbare studies bij de paters Jozefieten (Heilig-Drievuldigheidscollege) ging hij geneeskunde studeren aan de Leuvense universiteit. Op drieëntwintigjarige leeftijd trok de jonge arts naar het afgelegen en landelijke Sint-Pieters-Rode. Daar werd hij al snel gewaardeerd door de plaatselijke bevolking. Hij was een harde en noeste werker die steeds bekommerd was om zijn patiënten. Hij werd geprezen om zijn zachtaardige inborst en zijn minzame omgang met zijn zieken. Het doktersambt hield toen nog in dat men zich op elk moment van dag en nacht, bij goede en slechte weersomstandigheden moest verplaatsen over verre afstanden, langs eenzame, duistere, benauwende en beslijkte wegen. Een dorpsgeneesheer stond bovendien bloot aan de gevaren van meerdere besmettelijke ziekten.

Dokter De Raeymaecker was een graag gezien iemand in Sint-Pieters-Rode. Naast zijn werk als geneesheer was hij actief in meerdere verenigingen. Zo was hij mede-stichter en eerste voorzitter van de plaatselijke Boerengilde.

Op 51-jarige leeftijd werd hij getroffen door een hartaanval en overleed op 14 februari 1918. Een dramatische bijzonderheid was het feit dat op dat ogenblik hun enige zoon Louis als brancardier aan het oorlogsfront vertoefde aan de IJzer.

Louis De Raeymaeker deed zijn lager onderwijs in Sint-Pieters-Rode. Deze lagere school was toen gevestigd in het kasteel van Horst. Voor zijn humaniorastudies trok hij, net als zijn vader, naar het H.-Drievuldigheidscollege in Leuven. In 1913 werd hij seminarist in het universitair Leo XIII-seminarie en student aan het Instituut voor Wijsbegeerte. In 1914 brak echter de Eerste Wereldoorlog uit en diende hij zijn studies te onderbreken. Na de oorlog heeft hij zijn studies kunnen hernemen en in 1920 behaalde hij de titel van doctor in de wijsbegeerte. Op zaterdag 22 september 1923 werd Louis De Raeymaeker in Mechelen tot priester gewijd. De maandag nadien deed hij zijn plechtige Eerste H. Mis in de parochiale kerk van Sint-Pieters-Rode. In het Aarschotse weekblad De Klamper (vijfde jaargang, nr. 39, 30 september 1923) lezen we hierover o.a. : "…onder klokkengelui en orgelspel werd de jeugdige en sympathieke gezalfde naar het rijkversierde en verlichte altaar geleid. De dienst werd in groot ornaat gecelebreerd. De kerk was smaakvol versierd, en verschillige jaarschriften prijkten er, den jonge leviet ter ere. De plechtigheid was waarlijk indrukwekkend. De tamelijk ruime tempel was gevuld met een schaar geloovigen, zoo groot in getal als op de hooge feestdagen. Zij kwamen nederknielen om den eerste zegen van den nieuwen priester te ontvangen, en te toonen dat heel de parochie deelnam aan deze overschoone plechtigheid….Toen de kerkelijke plechtigheden afgeloopen waren, trok de jonge leviet, met eene talrijke schaar priesters en familieleden, naar de ouderlijke woning. Op het Kerkhof stonden de kinderen der parochie geschaard aan het graf van wijlen den betreurden Doktoor De Raeymaeker, vader van den neomist; de jonge priester gaf zijn priesterlijke zegen aan de neerknielende menigte, ging daarna naar het graf van vader zaliger en stuurde een vurig gebed ten hemel tot zielezaligheid van den braven en betreurden aflijvige. Aan den ingang van het Kerkhof hadden de geburen eenen prachtige boog getimmerd, met jeugdig groen versierd, waaraan een gepast jaarschrift prijkte. Aan alle gevels van het dorp wapperde de vaderlandsche vlag en prijkte er gelegenheidsgedichten of jaarschriften. Om 12 uur bracht de fanfaremaatschappij "Moed en Volharding" een flinke serenade aan den eerwaarde heer. Sylvain Matthijs, voorzitter, maakte zich de tolk der maatschappij en der oud-strijders met den nieuwe priester aller geluk en heilwenschen aan te bieden….Na het spelen eener dreunende Brabançonne, het ledigen van 'nen lekkeren roomer wijn en het rooken eener fijne cigaar was het schoone feest afgeloopen. De leden der fanfaren werden vergast op een lekker eetmaal en tot laat in den avond weergalmde het dorp van zang en muziek…"

Na zijn priesterwijding werd hij weer naar Leuven gestuurd om aan de faculteit der Godgeleerdheid verder te studeren. In 1927 behaalde hij zijn tweede doctoraat en datzelfde jaar werd hij professor aan het Leo XIII-seminarie. Aan dit seminarie was hij niet alleen hoogleraar; hij werd er ook de president van. Mgr. De Raeymaeker legde zich vooral toe op de leer van Thomas van Aquino en publiceerde hierover verschillende boeken die in meerdere talen vertaald werden. Hij werd lid van een groot aantal geleerde genootschappen en werd met zes eredoctoraten onderscheiden, zowel in Europa als in Amerika. In 1948 werd hij aangesteld tot president van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte. In 1950 werd hij lid van de algemene raad van de universiteit en in 1962 werd hij pro-rector aan de Vlaamse afdeling van de toen nog tweetalige K.U.L.. Vermeldenswaard is zeker ook zijn niet geringe bijdrage aan het ontstaan van de Lovanium-universiteit in Congo. Hij was dan ook een regelmatige bezoeker van deze Belgische kolonie en hield er mede toezicht op dat er een kwalitatief hoogstaand onderricht gegeven werd. Mgr. De Raeymaeker overleed in Leuven op 25 februari 1970. Zijn stoffelijk overschot werd, naar zijn eigen wens, begraven in de graftombe van zijn nonkel-pastoor Sylvain Jacobs in Sint-Pieters-Rode.

Louis Peeters
Terug